Dyscalculie of een rekenprobleem?

Dyscalculie is een hardnekkig rekenprobleem, een blinde vlek voor cijfers, rekenen en wiskunde. Bij kinderen met dyscalculie faalt het automatisme dat getallen van een bepaalde waarde voorziet. 10 procent van de leerlingen heeft een rekenprobleem, naar schatting 7 tot 8 procent heeft hiervan een ernstig rekenprobleem en bij 2 tot 3 procent van de leerlingen spreken we van dyscalculie. In een klas van dertig leerlingen is er één leerling met dyscalculie. Over dyscalculie is veel minder bekend dan dyslexie, de talige variant. De stoornis vaker voor bij meisjes dan bij jongens voor.

Hoe herken je dyscalculie?
Het is moeilijk te herkennen, maar een paar kenmerken komen vaak voor. In groep 7, als er veel nieuwe rekenstof wordt aangeboden, kan het plotseling duidelijk zichtbaar zijn. Kinderen (en volwassenen) met dyscalculie hebben vaak problemen met:
• tellen: getallen overslaan, niet de juiste volgorde weten
• optellen en (vooral) aftrekken
• omdraaien: zeggen 24, schrijven 42
• inzicht in sommen
• geheugen (zijn eerste deel rekensom al vergeten als ze bij het tweede deel zijn)
• traagheid
• hekel aan rekenen

(bron: JMouders.nl)

Gelukkig is er niet zo heel vaak sprake van dyscalculie. Een kind dat moeite heeft met rekenen komt vaker voor. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Remedial teaching, bijles in werkgebied: Helvoirt, Haaren, Biezenmortel, Esch, Cromvoirt, Vught, Hooge Mierde, Reusel, Lage Mierde, Hulsel, Netersel, Hilvarenbeek, Bladel, Eersel.